zaterdag 18 december 2010

Morgen is de ontmoeting.



Het lijkt er nu toch echt op dat ik een fan ben van Charlotte Mutsaers.Ik heb alles gelezen van haar. Toen ik Rachels rokje las was ik meteen in de ban van het boek. Kon het niet wegleggen en las het in een keer uit.Dan ga je op zoek naar nog een boek en nog een.Ze boeiden me allemaal, maar Rachels rokje vond ik toch het geweldigste. Ik heb er heel veel van geleerd en de boeken die haar facineren , facineren mij ook.
Ik had het geluk dat ik haar dat kon vertellen via de mail en dat we door mijn kinderboekje "Zwientje het vrolijke varkentje" echt wel een beetje contact hebben gekregen.Zij is nu ook een fan van mij. Ze is dol op die varkens en dol op de foto's die ik er van maak.
Maar nu geeft ze een lezing in Oostende morgen en daar zou ik heen gaan, want ik heb haar nog nooit echt ontmoet.
Laat er nu toch 30 cm sneeuw zijn gevallen.Er lijkt geen doorkomen aan.
Maar toch gaan we het doen.Ik zou gaan met Trude die in ons dorp woont en Adrie, mijn man zou bij de hond blijven. Wanneer ik niet durf te rijden dan gaat Adrie rijden en past mijn zus op Jasper.
Ik verheug me er enorm op.Gewoon, om haar in levende lijve te horen en te zien.
Ze is zo leuk en vitaal en zo zichzelf. Zo iemand kom je niet vaak tegen.
Nu maar hopen dat we er door komen en liefst heel huids, want Jasper blijft achter.





Zoals je ziet, we zijn er nog. Niets gebeurd, maar de terugweg duurde meer dan 2 uur en de heenweg 1 uur.
Maar het was zeker de moeite waard.
Ze was heel enthousiast en heel aardig. Een geweldige avond.
Ze kwam nog naar ons toe en konden toch nog even wat kletsen.Jammer dat de man die haar zou interviewen niet kon komen door de zware sneeuwval en nu deed een snel opgeduikeld journaliste het. Ze deed haar best, maar ze was niet echt een kenner van haar boeken. Of misschien wel, maar had zich slecht kunnen voorbereiden in een morgen.Maar het deed aan mijn enthousiasme niets af.Charlotte is een vrolijke vrouw die met een grappig verhaal over de bovenbuurvrouw en haar hond Pieter iedereen deed schateren. Haar zienswijze over dieren en het dierenleed dat er zoveel is, kwam zeker aan bod.
Haar schrijfwijze ook een beetje. Al met al toch een geslaagde avond voor iedereen.Behalve een mevrouw, die was 120 Km komen rijden en die vond het interview bere slecht. Ze was dol op de Piëta's van Charlotte. Haar schilderwerk vond ze geweldig.Daar had ze wat meer over willen horen.
En dat kan ik me ook weer voorstellen. Daar is niet erg op in gegaan.Jammer voor die mevrouw.En ja, Charlotte kan onmogelijk iedereen daar over terug mailen, ze zou geen rustige minuut meer kennen en van schrijven kwam ook helemaal niets meer.
Dus wens ik haar veel rust toe om haar gedachten op papier te kunnen zetten en wanneer je haar boeken bestudeerd weet je al eigenlijk genoeg.Daar vind je alles wat je zou willen weten.
Dus, wil je aan Charlotte Mutsaers beginnen raad ik iedereen Rachels rokje aan.


vrijdag 17 december 2010

Een bijzonder huis.






Daar stond hij, in de vochtige kast waar je liever niet in kijkt.Ik wist wel dat hij er was, maar niet meer waar hij gebleven was. De doos met briefjes, schriftjes en vooral veel menu's uit vervlogen tijden.
Het is net alsof je naar binnen kunt gluren bij mensen die al lang gestorven zijn. Dat je dingen weet die je niet behoord te weten. Een schriftje met vreemde briefjes, met stukken gedicht, met ontboezemingen van de eerste bewoners van ons huis.
Ons huis is gebouwd vlak voor de oorlog . Het moest een soort bos villa worden, maar dat ging niet door en nu is het toch een leuk huis geworden. De fam. die het liet bouwen woonde 18 jaar in de Congo.
Het is een speciaal huis met veel verhalen en anekdotes. Het hele huis ademt de sfeer van Afrika uit.De hutkoffers staan nog op zolder met de stickers van de boot er nog op.
Het waren zeer speciale mensen.Vooral meneer was bijzonder. Hij was zeer dominant, maar hij kon ook geweldig vertellen.
Wanneer ik zo in het schriftje lees, dan zie ik ze voor me. Het schriftje is door mevrouw geschreven.
Ze begon zo leuk....

Tante Leentje t goede mensch
luste verbazend gaarne pens
Ook bloedworst ging er gulzig in
denk niet dat ik het verzin
In de winkel hielp haar een lief wicht
Die gaf haar met een vriendelijk gezicht
Tante Leentje flink over (ge)wicht.




Er zat ook een briefje bij de menu's














Welkom aan tafel, Vriendenschaar
Gij zietde tijd is daar
De disch is klaar
Zwaai met uw vork en mes
Knikt tegen glas en flesch
Wij heten U alom
Hier wellekom

Nooit smaakt een maal zo goed,
dan waae de welkomsgroet
Zich hooren doet
Want op een Feestpartij
Bevalt geen muizerij
En daarom voegen wij
Er 't welkom bij

Spreek ook maar ongestoor
Van tijd tot tijd een woord
Dat ieder t hoort
Is t soms niet erg gekruid,
We lachen U niet uit
Een woordje blij van geest
Past op dit feest.

Ze bewaarden deze dingen allemaal.Het is is echt doorleeft met hun geschiedenis.


Met recht een heel bijzonder huis.

dinsdag 7 december 2010

Het kerstgevoel




Het kerstgevoel lijkt dit jaar heviger dan ooit. Misschien door het vroege intreden van de winter. Het is heerlijk om in je gezellige keuken koekjes of een echte wintertaart te bakken terwijl buiten de vogels snoepen van de wintertafel, vol met vette hapjes.
De warmte van de oven, de vanille geur en zachte achtergrond muziek.Dit alles geeft een soort weldadigheid en troost. Want nu,tegen het eind van het jaar, maken we ons toch zorgen voor de toekomst en we denken ook aan de voorbije jaren toen je nog thuis bij je ouders woonde.Je vader die de kesrstboom alleen zo wilde versieren alsof het echt was. Reepjes watten op alle takken, ijsslieten die kaarsrecht hingen en echte kaarsjes.Je moeder die al een emmer klaar had staan met water, voor het geval de boom in de fik zou gaan.Later wanner mamma alleen kwam omdat pappa al vroeg stierf. Hoe we samen bakten en hoe ze alles terug in de kom deed terwijl het deeg al 2 maal gerezen was, maar waarin we geen zout hadden gedaan.Heel stiekem dringt zich een eenzaam gevoel op.
Dus ben ik te keer gegaan in de keuken. Kaarsjes en piepkleine lampjes onder de nep boerenkool maken het al heel intiem en gezellig.
Straks lekkere lange vingers bakken en heerlijke taarten.Het kerstmenu uitdenken met mijn wederhelft.Gelukkig komen er gezellige eters met Kerst om er samen met ons van te genieten.
Elkaar de kunsten op de piano laten horen, of een filmpje bekijken. Je moet het gewoon voor je zelf gezellig maken mensen.
Ben je niet graag alleen, nodig dan iemand uit, bak iets in je gezellige keuken. Ga niet alleen op de bank zitten. Steek de handen uit de mouwen en je knapt zeker op.
Fijne dagen voor iedereen.

donderdag 26 augustus 2010

Een persoonlijkheids drama.


Sinds enkele weken komt er in de garage een jongeman van een jaar of 23 met een sjiek wit petje op, sportschoentjes aan en donker gekleed.
Hij rijd in een enorme Alfa 166
Wanneer hij uit zijn auto stapt zie je een zelfverzekerde macho man die zijn geluk niet op kan met zo’n auto. Een droom die werkelijkheid is geworden. Voor 2000 euro was hij de eigenaar van dit prachtstuk geworden. Nee, garantie kreeg hij niet, de auto was al voor niets weggegeven, vond de garagehouder. Daar wij een garagebedrijf zijn die gespecialiseerd is in Renault, Fiat en Alfa, kwam hij eens vragen of het vreemde geluid dat opeens ontstaan was van een spanrol kwam. Zijn vriend, die monteur was, had dat gezegd. Nico, onze monteur en Adrie, mijn man, keken er na . Adrie zei tegen hem dat hij een mooie auto had gekocht. Maar vroeg ook of de distributieriem was vervangen. Want dat was eigenlijk het enige kwetsbare punt aan deze auto. Ja hoor, kijk maar hier. Staat in het boekje, zei hij vol overtuiging. Ja, maar er staat wel geschreven dat het gebeurd is, zei Adrie, maar er staat niet bij hoeveel Km en ook geen stempel of naam van de garage of van de monteur. Nee, het is echt gedaan hoor, dat weet ik zeker, sprak de jongen. De afspraak werd gemaakt om de roller van een multieriem te vervangen wanneer hij binnen was. Aan de distributieriem moest niets gebeuren, zei de jongen. Toen hij terug liep naar zijn auto kon ik hem eens goed bekijken, want het was echt een speciale twee-eenheid. Met zijn borst vooruit liep hij naar de auto toe en wanneer hij er was deed hij zijn hoofd omlaag en maakte op een stoere manier de auto open. Het leek op een filmster die nagekeken wordt door duizenden fans en hij voelde die ogen prikken. En dat alles door die grote zwarte Alfa. Met ronkende motor reed hij behoedzaam weg. Adrie moest glimlachen om de trots van die jongen . Dat had hij al zo vaak gezien.

Vandaag kwam hij terug. Nee, het rolletje was er nog niet maar kon elk moment binnen komen. OK, dan kom ik wanneer je me belt. Maar na een half uur kwam er een auto op het terrein van de garage rijden met een sleepkabel en aan die sleepkabel hing……..die goddelijke Alfa. In die Alfa zat die jongen, die toen nog een beetje zenuwachtig lachte. Hij stapte uit en riep naar de monteur,”hier heb je hem”. Het drama was gebeurd. De riem was gebroken en de motor naar de filistijnen. Daar de auto maar 2000 euro kostte was hij eigenlijk total loss. Hij kon nu beter een andere kopen, dat zou goedkoper zijn dan deze te laten repareren.

De jongen stond als een gebroken man voor de auto. De rechte rug stond gebogen, zijn hoofd keek naar de grond. Adrie stond er naast en er werd niet meer gesproken. Zo stonden ze wel 5 minuten. De jongen kon geen woord meer uitbrengen door de shock. Dit was het einde. Zijn trots, zijn image…..alles in een keer weg. Nu kon hij met de bus naar huis, geamputeerd van zijn geliefde auto. Dit alles las je uit zijn houding. Hoe moest dat vanavond bij zijn vrienden, wanneer ze misschien heimelijk blij waren dat hij nu alles kwijt was. Nee, hij kon nu even geen zinnig woord meer uitbrengen. Ze hebben hem in stilte de garage uitgeduwd naar een stuk parkeerterrein waar meer niet meer te repareren auto’s stonden. Het leek wel een stille begrafenis. Ze vertrokken daarna in de auto van zijn vriend . Hij keek niet meer om, dat kon hij duidelijk niet meer opbrengen.

donderdag 10 juni 2010

Herkenning



Het komt voor dat je opeens oog in oog staat met een vreemde op de TV en dat je in een klap die herkenning voelt.Je kent ze niet maar er is een enorme klik met die persoon. In de eerste minuut al.Zoals ze daar zat te spelen op haar trekzak. De muziek die ze erop speelde. De eerste woorden die ze sprak over het feit dat je je zelf niet ziet zoals een ander je ziet. Dat herkende ik ook bij mezelf heel erg.Het was een knappe documentaire,dat is zeker. Ze lag met een foto al maanden op mijn salontafel. Ze stond op de kaft van "hoe schrijvers wonen". Een alleraardigs boek waar een vriendin me attent op maakte en dat ik nog ergens 2 de hands op de kop kon tikken. Toen dacht ik meteen "daar moet ik iets van gaan lezen", maar door de prachtige documentaire ging alles in een sneltreinvaart.
Ik trof 2 dagen later een schilder die haar kende en haar ook een toffe madam vond. Hij was Belg en kende haar een beetje, had ook nog eens met haar gegeten enz.Hij vertelde dat ze een geweldige schilder was en een geweldig schrijfster. Begin maar met Rachels rokje, raadde hij mij aan.Het had hem ontroerd. Dezelfde avond had ik het besteld en 4 dagen later lag Koetsier Herfst ook al in huis. Nu liggen er 4 boeken en div. prenten in huis. Alles wordt verslonden en herlezen.
Het lijkt alsof ze haar gedachtes zo op papier heeft gezet, maar het is toch wel degelijk zeer doordacht en heel origineel.
Die vrijheid, het tegendraadse, het liefdevolle, het kunnen opschrijven van gedachtes, de geweldige humor. Maar ook heel ontroerend. En voor je het weet ben je een fan. Ja een fan van een schrijfster. Als dat geen stimulans is om meer te schrijven , dan weet ik het niet.
Nu stimuleert ze Annemieke en mij ook nog eens om deel 2 te maken van Zwientje. Nou, wij willen niets liever. Ze gaat ons helpen. Dus het is echt een wonder. Wat is het leuk om door dat kleine boekje Zwientje 2 lieve vriendinnen over te houden. Anneke uit Zwolle, ook een schrijfster. Zo kom je in eens in een andere wereld. De wereld waar je eerst van droomde is werkelijkheid.
Anneke en ik gingen op de dag van ons jaarlijkse uitstapje met de trein naar Den Haag. Naar het Letterkundig museum. Ik als fan van Charlotte, want er was daar ook een kleine tentoonstelling over haar met vele prachtige schilderijen van haar hand en zij als schrijfster die erg geïnteresseerd is in andere gedreven mannen of vrouwen. In dit geval schrijvers.
We waren daar helemaal op onze plek en we zijn ook nergens anders meer heen gegaan. Dat was genoeg voor ons. Al die prachtige schilderijen , meer dan 400 dacht ik.
Ik citeer even van de website
Van Kader Abdolah tot Joost Zwagerman, van Louis Couperus tot Judith Herzberg en van de Schoolmeester tot Toon Tellegen; sta oog in oog met schrijvers van toen en nu. Bejubeld, verguisd of vergeten. Alfabetisch op schrijversnaam zijn meer dan 500 portretten te zien. Brutaal, vitaal en onconventioneel.

De een nog mooier dan de ander en allemaal schrijvers. Kleine tentoonstellingen in vitrinekasten van o.a. Inez van Dullemen,



Ook Peter van Straaten werd er geeerd. Hij had de Jacobus van Looy-prijs toegekend gekregen.


Ook een vitrinekast over Driek van Wissen. Dit naar aanleiding van zijn plotseling overlijden .Hij was dichter des vaderlands. Helaas heb ik dit niet gezien.Ik moet nog eens terug.
Anneke en ik waren helemaal blij van zoveel moois.Wat een goede keuze om daar heen te gaan.
In de trein terug naar huis kon ik op mijn gemakje al het leesvoer doornemen. Wonder boven wonder was de trein nagenoeg leeg.Het mooiste boek was natuurlijk het schrijversprentenboek( zoals Charlotte het noemt) van Charlotte, dat ik daar gekocht had .Anneke had mij ook nog een leuk schrijvers tijdschrift cadeau gedaan, dus woorden genoeg voor die dag.
Thuis gekomen wilde ik alles vertellen, maar ook meteen de foto’s bekijken en het mooie einde van de dag was wel het mailtje van Charlotte die informeerde naar deze dag en natuurlijk ook naar de varkens en naar Annemieke.

Ja, wanneer je echt iets wilt in hart en nieren en je gaat ervoor dan wordt het toch beloond. Dit is het bewijs.

woensdag 28 april 2010

Schroeven en spoken

Dit verhaal is een opdracht geweest van een cursus schrijven. Er moesten 3 citatan in zitten van 3 schrijvers en daar moest ik een verhaal van maken. Het cursief geschrevene komt van de andere schrijvers.

Stil zat ik in het schuurtje. Het schuurtje waar mijn vader altijd zat te knutselen. Ik zag de schaven hangen. Netjes op rij. Hij was erg netjes, mijn vader. Hij kon niet werken wanneer alles door elkaar lag. De beitels, verschillende hamers en zagen, alles netjes op het karretje of aan de muur.
Ik zat soms uren stil te kijken hoe hij van een lang hoekig stuk hout opeens een ronde, mooie kandelaar kon maken.
Ik mocht dan de doosjes met de schroeven opruimen. Schroefjes sorteren op lengte en dikte. Ik deed het graag. Voelde me belangrijk .
Vader vertelde dan een verhaal terwijl hij doorwerkte
Ook schroeven zijn ventjes. Kijk maar eens naar de verschillende gebruikte schroeven, zelfs van hetzelfde type en dezelfde maat. Ze hebben allemaal een ander gezicht.De ene lacht, de ander huilt, weer een ander grijnst, weer een ander peinst.Ik speelde dan met de schroefjes en de boutjes mijn eigen verhaal.

Dit alles is lang geleden. Vader is alweer enkele jaren dood.
Ik genoot altijd van dat samen zijn. Mijn vader voor mij alleen. Het schuurtje gaf een veilig gevoel.
Mijn broer Jan die 2 jaar ouder was en mijn jongere zusje Mieke kwamen er zelden.
Jan had veel vrienden en was vaak op straat te vinden. Ik vermaakte me liever in huis of in de tuin met kleine dingen.
Mieke was 3 jaar jonger dan ik en hing nog veel aan moeders rokken. Ze was een vrolijk kind die graag naast moeder zat wanneer zij piano speelde of borduurde.

Mijn moeder…, de gedachte aan haar is altijd dezelfde. Haar gezicht kan ik niet goed voor me halen maar altijd komt dit beeld naar voren:
Ze zat voor het raam en keek naar buiten. Ze was zich niet bewust dat ik ook in de kamer was. Ik liep naar haar toe, wilde haar aanspreken, maar iets in mij zei dat ik stil moest zijn.
Een floers voor mijn ogen, een gevoel van zwaarte daarachter.
Hoe bleek is ze. Een herinnering, die me overweldigt. Ik was 9 jaar
, mijn moeder was ziek. Op dit moment drong het tot me door dat ze zo teer was. Mijn trotse moeder zat daar zo stil en breekbaar . Ze was al langer wat ziek, maar de ernst van haar ziekte openbaarde zich nu voor me. Ik was wel nog jong, maar een kind voelt haarfijn aan wanneer er iets niet klopt.
Moeder probeerde wel vrolijk te doen voor ons kinderen maar al snel moesten wij haar dan ook weer met rust laten omdat ze moe werd. Vader probeerde dan de sfeer weer op te peppen met vrolijke grapjes naar ons toe, maar we voelden allemaal dat het niet goed kwam.
Op een avond kwam vader beneden en heeft ons alle drie gevraagd naar boven te gaan. Het was een afscheid voor altijd. Spoedig daarna is moeder gestorven.

Daarna heeft vader voor ons gezorgd. Hij zorgde ervoor dat we niets te kort kwamen, kookte en waste, maar hij was tijden niet meer dezelfde vrolijke man die met ons stoeide en verhalen vertelde.
Na enkele maanden besloot hij dat er een huishoudster moest komen voor al de dagelijkse beslommeringen. Een vrouw die de boodschappen deed, die kookte, die de was deed en die lief was voor de kinderen.
Op een dag stond ze voor de deur. Een stevige vrouw, rond de 50 jaar. Net wat we verwacht hadden. Ik had er nog wel vrede mee, maar mijn broer was niet van plan om enige medewerking te geven aan ‘dat mens’.Hij maakte de deur open, liet haar binnen en riep naar vader dat er bezoek was, om vervolgens zijn jas te grijpen en naar buiten te lopen zonder ook maar een woord tegen haar te spreken.

Zo kwam mevrouw van Diederen in huis. Het leven ging verder .Het was nog stil in huis maar ze zorgde dat het er schoon bleef en dat er lekker eten op tafel stond. Ze plukte soms bloemen uit de tuin en zette ze in huis. Er was een zekere mate van gezelligheid terug gekeerd.
Ik trok nu iets meer met mijn zuster op maar Jan bleef steeds vaker van huis. Jan was niet van zins om de plek van onze moeder te laten innemen door een vreemde vrouw waar we gemakkelijk ‘buiten konden’, vond hij.
Hij probeerde dan ook ons in zijn verzet mee te slepen. Op een avond zaten we bij Mieke op de kamer en Jan vertelde ons vol vuur dat hij een plan had. Mevrouw van Diederen zou uit zich zelf vertrekken wanneer we met hem zouden meewerken. We hadden alleen lakens nodig en dan zouden we, wanneer vader naar de ouderavond was en mevrouw Van Diederen wat langer bleef, haar de stuipen op het lijf jagen. Mieke en ik waren niet bijster enthousiast maar Jan hield voet bij stuk en zo kwam het dat we op die bewuste avond tegen achten alle drie getooid waren als spook.
(3)Laten we gaan, zei mijn broer dreigend. De deur van mijn zusters kamer sloeg open en in een prisma van licht wiegden we, gehuld in lakens, de gang op. Onder het slaken van spook geluiden stonden we voor de keukendeur waarachter mevrouw van Diederen de laatste hand aan de afwas legde. Jan duwde de klink naar beneden en de vrouw draaide zich verbaast om. Ze keek met open mond naar de drie spoken . Jan vloog door de keuken met vreemde sprongen . Mieke en ik bleven verlegen in de deuropening staan.
De vrouw kwam langzaam weer bij zinnen en in plaats van gillend het huis te verlaten vroeg ze of de spoken ook zin in een kopje thee hadden.
Mevrouw van Diederen is nog vele jaren bij ons gebleven Vader is na jaren weer hertrouwd en Jan, die wordt nog veel geplaagd door zijn kinderen met dit spookverhaal.

Jan Hanlo/Jan Wolkers/Ria Brugge

dinsdag 20 april 2010

De vrome lezer of.........







Het is toch vreemd hoe een mens de ene keer op iets reageert buiten de andere keer. Je loopt door een bos en je ziet opeens een blote man midden op het pad die een boek leest. Aan de ene kant een fiets in de hand en in de andere hand een open boek . Waarschijnlijk probeer je hem te ontwijken door de andere kant op te lopen, het bos heeft daarvoor vele mogelijkheden. Behalve wanneer je een jonge labrador bij je hebt die dol is op onverwacht bezoek. Met of zonder kleren, maakt geen verschil voor een dier.De hond ziet de man het eerst en wil hem gaan begroeten met zijn altijd aanwezig enthousiasme. Hij is niet van plan om terug te komen, dus moet je er achteraan.
Je vraagt je ondertussen vertwijfelt af wat je moet zeggen wanneer je vlak bij hem bent. 'Goede morgen' of 'hoe gaat het' of 'lekker weertje vandaag'! Je bent nog nooit in zo'n situatie geweest. Ja, in Frankrijk , op een naturisten camping. Daar zeg je gewoon 'goede morgen'.Je verwacht daar dat je ze tegenkomt op het pad. Je denkt er niet over na. De man loopt te genieten van de vrijheid, op die camping. Niets geen gedoe met kleding dat knelt, natte zwembroeken uit zien te trekken in een washokje en ook weer aan zien te trekken. Rijen mensen die wachten dat je eindelijk eruit komt. Nee, dat heb je daar niet. Je loopt erin, tralalalie en klaar. Je laat je aan de lucht drogen. Wat een heerlijk gevoel. En iedereen vindt het normaal. Niemand denkt verkeerde dingen over je.Was deze man nu ook met een tiental soortgenoten in ons bosje geweest, dan denk je dat de naturistenclub op pad is.Dan zeg je vriendelijk goedendag en misschien maak je een praatje. Maar een man alleen in zijn blootje, daar schrik je van. Je denkt dat hij of een beetje gek is en erop uit is om te choqueren of dat hij je gaat lastig vallen. Mijn eerste gedachte was nu, hoe hou ik alles heel bij de man met zo'n wilde hond die in alles een speeltje ziet. Maar doordat de man niet bewoog was het voor de hond ook opeens verdacht. Mensen bewegen en doen ze dat niet, dan hebben ze een plannetje. Hij stopt dus ook en dan bekijken ze elkaar. Dan gaat hij kwispelen, alleen de hond denk ik. Ik durfde zover niet te kijken. Nu moest ik snel zijn en zag kans Bas bij zijn start te grijpen. Gelukkig. Vlug aan de riem. Omkeren was geen optie, Bas wilde vooruit en wilde vooral die bloterik begroeten en besnuffelen. Dus daar gingen we. Ik was er nog niet uit wat te zeggen. Misschien even afwachten wat hij zou zeggen.
Nu waren we vlakbij. Hij las aandachtig staande de bijbel. Zou hij het allemaal letterlijk aan den lijve willen meemaken. Geen idee. Hij was van middelbare leeftijd, dacht ik. 'Goede morgen', piepte ik. 'Goede morgen', zei hij terug. Nu de hond , die zwaar naar links helde, proberen op het rechte pad te houden.
Ja, gelukt. Nu in looppas het bos door. Nee, kalm aan. Hij doet niks. Hij is een zon aanbidder en waarschijnlijk een naturist van geboorte. Helemaal niets bijzonders.
Maar waarom midden op het pad? Hij wilde duidelijk gezien worden. Of hij wilde misschien overal lekker bruin worden .
Hoe dan ook.Toen ik het bos doorgekrost was en weer op mijn werk was, toen kon je op je vingers natellen dat ze mij niet geloofden. Nee, dat had ik gedroomd of misschien wel gewild.
Maar de volgende dag durfde ik toch niet alleen meer het bosje in.Ik heb een weekje gewacht en hem daarna nooit meer gezien.

zaterdag 17 april 2010

Lentekriebels



Soms heb je van die dagen dat je barstensvol energie zit en dat je toch nergens toe komt. Vandaag was zo’n dag.
Het beloofde een geweldige dag te worden. Windstil met een beetje grondmist. Eindelijk een buitendag na al die dagen met een steenkoude noordenwind. De tuin lonkte.Ik hoorde het winterkoninkje al uit volle borst roepen”kom naar buiten en zoek mij “. Het werd wel tijd om eens een beetje opruiming te houden. De paardenbloemen staan er stralend bij, het mos siert de aardbeientuin als nooit tevoren. De waterlelie in de lekkende tuinvaas staat droger dan wenselijk is. Daar ga je dan. Vol goede moed. Gelukkig is het gazon al gedaan, dus het zag er op het oog best gezellig uit.

Toch maar eerst een kop koffie. Lekker even buiten opdrinken en genieten van de vogel geluiden. Jeetje, waar is de camera? Wat prachtig, die zonnestralen die door de bomen schijnen en omfloerst worden door de optrekkende mist. Klik klak. Dat hebben we. Oh, even van die kant, daar is het nog mooier te zien. Wouw….wat een mooi gezicht. Als een bezetene ren ik door de tuin met de camera. Op zoek naar betoverende stralen.



Ondertussen is de inmiddels koude koffie toch op. Aan de slag. Nee, eerst even de was inzetten. Zo, dan de boodschappen naar de kelder brengen en in diverse kastjes opbergen. Nu kunnen we echt naar buiten. Of toch eerst even de mail checken, dan heeft de ziel rust.

We beginnen een beetje rustig om erin te komen. De vijver heeft wat draadalg, die maar eerst er even uitvissen. In de verte hoor ik ezel Fillemon balken, die krijgt zeker nu zijn eten. Ik zal een sms’je sturen naar Annemieke van wie de ezel is. Het is toch wonderlijk om haar ezel hier te kunnen horen balken 1,5 Km verderop. Dat moet ik haar toch even schrijven.

Wat nu, het is nog wat vroeg voor het zware werk , zoals het hanteren van de spa. De plantjes in de kas kunnen wel wat water gebruiken.

Wouw, ook een plaatje. De dampen slaan uit de kas.

De ruiten zijn beslagen en het frisse lentegroen van de sla lijkt wel licht te geven. Waar had ik nou de camera? Even halen….klik klak. Prachtig. De waterput in de kas moet nodig bijgevuld. Kunnen we even doen. De waterput krijgt via een dompelpomp in de regenput via een uitgekookt systeem met slangen die uit het schuurtje komen en onder de grond weer in de put van de kas terecht komen. Geen moeite, het gaat van zelf.

Wat is dat voor een kindergehuil? Het zijn de jonge kauwtjes die eten krijgen van hun vader en moeder. Nou, net baby’s. Aangestoken door dat gehuil begint opeens het winterkoninkje weer met zijn deuntje. Ja, daar komt het antwoord al in de verte. Waar zit hij toch? Och , hier vlak boven mij in de appelboom.



Jeetje, gelukkig hangt de camera om mijn hals. Ja, ik heb hem. Nu laat hij zich naar beneden vallen . Op nog geen halve meter van mij vandaan gaat hij scharrelend tussen de bladeren eten zoeken. Maar dan is hij met zijn bruine veertjes haast niet te volgen. Weg met de camera. Aan de slag. Spa, hark, kruiwagen. Alles bij de hand. Waar zijn de klompen? Zo, beginnen maar lekker in het zonnetje. Die geeft nu toch wel al een weldadige warmte.

Nee hè. Begint de wasmachine te piepen. De was moet eruit. Dat maar eerst doen nu de handen nog schoon zijn. Heerlijk, kunnen die lakens er vanavond meteen weer op. Dan ruikt het zo lekker fris en het slaapt echt beter.
Weet je wat. Ik zet alvast de dikke zomerse zachte tuinstoel buiten. Kan die ook weer eens luchten en dan leg ik de camera en het nieuwe boek erbij. Ben ik dan toe aan een boterham, dan kunnen we meteen even lezen. Of, nu even een hoofdstukje doen? Ja, laat ik eens kijken of het wat is. De hond komt nu ook buiten en legt zijn kop op mijn voeten. Heerlijk, wat is het een mooie morgen.
Nou krijg ik zoveel zin om zelf wat te schrijven. Zal ik de laptop ook even hier neerzetten. Waar zal ik het straks eens over hebben? Over de aswolk die het vliegverkeer stil legt? Nee, natuurlijk over de tuin en alle verleidingen die dat met zich meebrengt.

Het verhaal is geschreven. Nu toch even met de spa in de weer. Jammer dat ik nu net in de schaduw sta en het daar toch wel wat koud is. Ik moet maar een zonnig plekje zoeken. Heerlijk. Ik denk dat ik toch nog een stukje lees. Een lekker wijntje erbij. Het is tenslotte weekend. Och wat zalig, zo achter de haag. Je wordt er suffig van. Ik denk dat ik het tuingereedschap maar opberg. Het zit er niet meer in vandaag. Moet toch zo gaan koken en…morgen is er nog een dag.

maandag 5 april 2010

Paasweekend




Het is opvallend dat op Pasen zoveel gefietst wordt. Niet gewoon gezellig met het kindje achterop en het hondje voor in het mandje, maar van die groepen mannen die als gekken over de wegen vliegen in wielrennerpakjes met helm en geschoren benen en die daarbij enorm veel kletsen en allemaal door elkaar. Met tegenwind schreeuwen ze elkaar zelfs toe. Allemaal stoere praat over hun prestaties op die en die koers.
Het is een geluk dat ze zo kletsen, dan hoor je ze tenminste aankomen, voordat je vanachter geschept wordt door die meute.
Je hebt ze in diverse soorten van groepen .
De groep die per 2 of 3 rijdt . Een persoon voorop roept dan naar achteren ‘pas op, hond en 2 mensen’…waarop iedereen achter elkaar gaat rijden en vriendelijk goeden dag zegt.
Dan de groep die per 3 of 2 rijden en die niets roepen , maar ook geen goedendag zeggen. Ze zijn er opeens en je schrikt je te pletter.
En dan is er de groep die met 6 of 7 man naast elkaar rijden, dus de hele meute bij elkaar. Allemaal op een kluitje. Een kluit van zo’n 30 man die je tegemoet vliegen en die zo blijven rijden en waarbij je dan uiteindelijk met hond of kind in de prikkeldraad moet gaan hangen om niet geschept te worden. De laatste roept dan nog iets onaardigs er achteraan. Een of andere Belgische vloek of zo.
Niet dat ik hiermee wil zeggen dat de Belgen de ergste zijn, maar hier in de polders van Zeeuws-Vlaanderen zijn het gewoon meestal Belgen, vandaar.

In Zuid-Limburg is het helemaal onmogelijk om op een Paasweekend gezellig met de auto de heuvels in te rijden met het gezinnetje en ergens in Margraten op een terrasje te belanden. Levensgevaarlijk ten eerste. Op een smalle weg die stijl omhoog gaat maak je kans op een frontale botsing bovenaan de heuvel. Je weet niet dat daar aan de andere kant van de heuvel net een colonne fietsers zwetend en laverend de weg op aan het klauteren is . Dan is er verder toch geen doorkomen aan. Of je zit tussen de wielrenners in of er achter of meestal allebei. Nee, lekker thuis blijven is het advies in het Limburgse heuvelland. Gewoon het biertje op het verwarmde terras achter het huis nemen en wachten totdat de fietsende toerist Limburg weer heeft verlaten en de Mergellandroute van dinsdag tot vrijdag voor de automobilist en de wandelaar weer toegankelijk is.
Op de Zeeuwse wegen zie je ze als wandelaar wel al minuten van te voren aankomen en kan je proberen je gezin in de graskant tegen de dijk te drukken. Ze beheersen de wegen op Pasen, dat is een feit. Morgen is Pasen weer voorbij en dan is het weer heerlijk wandelen in Zeeland

zondag 4 april 2010

De dirigent

Schijn bedriegd is het spreekwoord.
Zo moest ik op een dag naar een dorpje verderop om een groepsfoto te maken van het koor aldaar.
Ik had afgesproken met een koorlid dat we elkaar zouden treffen voor de kerk tegen 18.30 uur. Een vreemde tijd, dat geef ik toe, want iedereen zou zich moeten haasten om direct na het eten te komen en sommige moesten van eten afzien. Zo ook de dirigent. Die woonde nog een half uur rijden verder en moest meteen van zijn werk komen. Maar het zou ook nog kunnen dat hij niet kwam.
Maar die tijd was gekozen omdat het laat in de zomer was en het al vlug donker zou zijn. Ik wilde de foto het liefst buiten nemen.

Ik was iets eerder bij de kerk als afgesproken. Er was dan ook nog niemand te zien, dus installeerde ik alvast mijn statief en keek eens door de lens of er licht genoeg was. Ja hoor, het kon nog wel een half uurtje wat licht betrof.
Daar kwam een mevrouw op een fiets. Ze zei niets en zette de fiets tegen de kerk .Ik vroeg haar de fiets ergens anders te zetten vanwege de foto. Geen probleem, ze ging hem verzetten. Op dat moment komt er een pick-up truck aanrijden van het Waterschap , draait het kerkpad in het rijdt met een enorme snelheid op de kerk af, rakelings langs het statief en op 1 meter voor de fiets kwam hij tot stilstand. Ik dacht hier te maken te hebben met een werknemer van het Waterschap die nog tegen het einde van zijn werktijd een voor hem vervelende klus moest doen. Met de schrik nog in de benen wachtte ik af wie de bruut was die zou uitstappen. Ik zag een been met een modderige schoen er aan en toen een kleine stevige man uitstappen die het kennelijk slecht naar zijn zin had. Vol verbazing zag ik dat hij zonder excuses naar de achterkant van de truck liep en de klep opende en daar een synthesizer uit haalde. Hij moest dat apparaat zeker komen brengen.
Ik vroeg heel voorzichtig of hij lang werk had. Ja, dat had hij, snauwde hij mij toe. Zou u dan de auto iets achteruit kunnen zetten, zodat we straks het koor kunnen fotograferen zonder dat de auto in beeld kwam. De man briestte me toe dat hij dat zeker niet ging doen. Hij was n.l. niet van plan met die synthesizer meters te gaan slepen. De truck bleef mooi staan waar hij nu stond. En weg was hij, de kerk binnen en mij verbouwereerd achterlatend.
Wel heb je ooit, wat krijgen we nu. Ik begon mijn statief maar te verplaatsen naar de deur van de kerk. Dan moest het daar maar. Leek me iets minder, maar het was niet anders.

De koorleden kwamen nu in groepjes aan bij de kerk. Daar zag ik de vrouw met wie ik de afspraak had gemaakt. Ik vertelde haar dat ik 2 verschillende foto’s had willen maken. Een formele voor de kerk en een wat informeler foto bij de kerkmuur, waar nu helaas de truck stond. Nou, zei de vrouw die bijna aangereden was, ik lag er bijna onder. Ja, hij is een beetje cru, zei weer een ander.Zal ik eens met hem gaan praten ? vroeg een ander koorlid. Nee, laten we het maar niet op de spits drijven, zei ik. Ik doe het wel hier voor de kerkdeur en de rest doen we niet. Ik had inmiddels al geen zin meer in de opnames. Ondertussen waren de meeste koorleden de kerk binnen gegaan en kwamen niet meer naar buiten. Mijn geduld was nu wel een beetje op. Ik liep de kerk binnen en voeg de leden zich nu toch echt buiten op te stellen. Nog even en het zou te donker zijn voor een mooie heldere foto. Uiteindelijk kwam er schot in. Iedereen een beetje naar links, dichter bij elkaar, wilt die langere man naar achter gaan en nu jullie hiervoor door de knieën en ja, het was in orde. Lachen maar. De foto’s werden gemaakt. Meteen een stuk of 10, dan konden ze kiezen. Het zag er wel goed uit.

Nadat iedereen zichzelf bekeken en goedgekeurd had stelde ik voor om nog een filmpje te maken van de repetitie. Dan kon iedereen ook nog genieten van het gezang .Dat was tenslotte het voordeel van internet. Beeld en geluid. Ze waren meteen enthausiast maar moesten het wel even aan de dirigent gaan vragen. De dirigent? Die had ik nog helemaal niet gezien. Wie en waar was de dirigent? Dan had ik die een voornaam plaatsje gegeven op de foto. Oh, maar hij stond er wel op hoor. Kijk hier rechts achteraan. Ze wezen hem aan op het kleine schermpje van het fototoestel. Hij staat daar prima, zeiden ze.
Zo togen we naar binnen. Iemand ging het even vragen en kwam al vlug terug met de mededeling dat het goed was. Nou, dat klonk wel een beetje magertjes.
Iedereen nam een plaats in en er werd weer geschoven en geduwd. Ja, zo is het prima voor mij. Nu was het wachten op de dirigent. Daar kwam hij. Hij gaf een toon op de synthesizer die achter het koor was opgesteld en liep naar voren. Omdat hij zo hoog stond zag ik opeens die modderige schoenen van de man van de truck. Ik was geschokt. De vlerk van de truck was de dirigent. Was hij nu helemaal betoeterd. Mij uitfoeteren terwijl hij mij zelf gevraagd had om die foto's te komen nemen. Nu stond ik hem hier ook nog te filmen. Ik leek wel gek.
Maar ik kon nu niet meer terug. Hij tikte met zijn stokje tegen zijn muziekstandaard, zong een toonhoogte en ze begonnen. Wouw, dat klonk goed. De wildeman bleek een goede dirigent te zijn. Chappeau. Hij was dan ook verguld met het resultaat en liep telkens van links naar rechts voor mij langs en keek dan ondertussen trots en lachend recht in de camera. Dat gaf wel een komisch effect aan het geheel. Na drie stukken pakte ik de camera in , groette de leden vriendelijk en liep met opgeheven hoofd langs de wildeman zonder hem te groeten.

Later,toen de foto en de film op internet stonden kreeg ik meteen een mailtje dat de de dirigent het prachtig vond. Nou, hij had een zware dag gehad waarschijnlijk en het koor is blij met hem. En ach, het was ook wel grappig. Ik kijk met een lach naar dit filmpje.

vrijdag 2 april 2010

Het krulboltournooi


Het krulbol toernooi.

Hij zal het zich zeker anders hebben voorgesteld, de opening van het krulbol toernooi.
Aan het weer lag het niet. Een stralend blauwe lucht met een zachte temperatuur.
Het grasveld achter het clubhuis, omringt door hoge ruisende bomen, was de ideale plaats voor dit evenement.

Er stond een ruime tent achter op het veld met veel stoeltjes en tafeltjes voor een hapje en een drankje. Straks zou de fanfare nog komen spelen. Dat gaf meteen een gezellige sfeer.
Aan de schaduwkant van het veld lagen de tijdelijk krulbolbanen er strak bij. Hij had
speciaal zand uit Limburg laten komen. ‘Als we het doen, dan doen we het goed,’ zal hij gedacht hebben.
Aan de hekken die rondom de banen stonden, waren zware rubberen matten gehangen, zodat de schijf niet in het publiek terecht zou komen. De EHBO was natuurlijk ook aanwezig.

Het zag er allemaal piekfijn uit. De man achter dit toernooi stond er dan ook breed glimlachend bij. Engelse pet op zijn hoofd, zwart T-shirt aan met vest erover. Net een landlord in zijn vrije tijd.
Hij was import en 3 jaar geleden had hij zich in ons dorp gevestigd.
Hij wist al snel enkele goede manieren om de dorpelingen duidelijk te maken dat hij de man was die ze nodig hadden.
Hij had zich gemeld bij de voorzitter van de krulbolvereniging met het voorstel om geheel belangeloos een vierjaarlijkskrulbol toernooi te organiseren want het was het jaar van de tradities. Ze moesten zich geen zorgen maken over de financiën want daar
kon je subsidie voor aanvragen bij de provincie, omdat krulbollen een oude volkssport
was ,die in ere gehouden moest worden.
Op deze manier zouden ze zeker veel reclame maken voor deze sport waar de gemiddelde leeftijd toch zeker 70 jaar was.
Ze hadden er wel oren naar gehad. Dat moest hij maar doen.

Er waren nog wel enkele hobbels te nemen, bleek later, want krulbollen doen ze in Zeeuws Vlaanderen op een houten vloer binnen in het clubhuis,
De Belgisch Vlaamse krulbollers konden het ook heel goed op zand. En er waren meer
Belgen op de club dan Nederlanders. Dit werd opgelost door een groot geld bedrag.
500 Euro voor de winnaar op zaterdag en 1000 euro voor de winnaar op zondag.
Dan zouden ze wel willen spelen op zand.
Maar hij had vergeten dat dan toch de eer op het spel stond bij de groten onder de
houtenvloer bollers. De meeste lieten dan ook verstek gaan bij de Nederlanders.
Maar eindelijk was het zover. De opening zou binnen enkele minuten een aanvang nemen, schalde het uit de luidsprekers in de bomen. De oud-wethouder was aangekomen en zat al gezellig aan de borrel, de voorzitter stond met de microfoon in de hand te wachten en Bert , de organisator stond ernaast. Borst vooruit en trots als een pauw.
De wethouder stond nu ook klaar en de voorzitter drukte hem de microfoon in de hand.
‘Beste mensen’ declameerde hij. ‘Vandaag za. .. voor de eer… keer..he. kr…oltoer..
‘Hij doet het niet’, hoorde je hem dan opeens hij hard zeggen. ‘Oh , hij doet het weer’,
sprak hij luid en duidelijk in de microfoon.Alles werd nog eens herhaald en met enkele
onderbrekingen kwam hij aan zijn speciale spreuken.
Hij had er drie. Iedere keer wanneer hij bij de clou kwam, viel dat woord weg.
Niemand begreep er iets van en zeker de Belgische Vlamingen niet.
Uiteindelijk was het dan zo ver dat de vlag gehesen kon worden.
Ze zagen al snel dat die ondersteboven was vastgeknoopt. Het duurde dan ook zeker 5 minuten voordat die knoop eruit was en de vlag goed hing. De organisator hield het puntje van de vlag vast en de wethouder trok aan het touwtje. Maar eerst riep de voorzitter ‘muziek’ en knoerthard klonk er het Zeeuwse Volkslied door de luidsprekers. Iedereen schrok zich wezenloos.
Daar ging de vlag. Toen hij 30 cm was gehesen was er opeens een verpletterende stilte.
Geluid weg. ‘Moet ik doorhijsen?’ fluisterde de wethouder. Maar daar klonk het lied weer met volle kracht, zodat je hart ervan oversloeg om na enkele seconden er het zwijgen weer toe te doen.
Het hijsen van de vlag met het Zeeuwse Volkslied zou toch een enigszins plechtig moment moeten zijn, maar het werd bijna een slapstick. Er klonk geroezemoes er werd gezucht en gelachen. De glimlach op het gezicht van de organisator verstarde .
Uiteindelijk hing de vlag toch in de top.
Daarna heeft de voorzitter nog de import-organisator geprezen voor zijn daden, maar
dat heeft niemand verstaan .
De voorzitter dacht er maar een eind aan te maken, riep nog ‘een fijne dag allemaal’ toen op hetzelfde moment een andere stem door de luidsprekers klonk met de woorden
‘de lotenverkoop in de tent is begonnen!’
De importman keek nog schaapachtig in het rond of hij de gestalte van zijn vrouw tussen het publiek kon ontdekken. Hij wilde haar gelaatsuitdrukking zien bij zoveel
knulligheden.

Maar het werd een hele gezellige dag. Niet al te druk, maar de sfeer was geweldig.
Het bier smaakte overheerlijk en de muziek maakte het af.
Hulde aan de organisator.

zondag 28 maart 2010

De Jachtcursus


Jasper ging op jachtcursus. Niet om te leren jagen, maar om te leren een dood dier af te geven en niet op te eten.
Hij had de nare gewoonte om in het natuurgebied bij ons in de buurt alle dode konijnen op te sporen om ze vervolgens op te eten. Dat is niet gezond en niet ongevaarlijk, maar duurt ook een hele tijd voordat we de wandeling kunnen voortzetten. We renden er wel als gekken achteraan en waren dan een hartstilstand nabij. We zijn tegen lijfelijk straffen en daarom dachten we op deze cursus hem te leren apporteren.

Op deze cursus zitten veel boeren die jagen en die heel streng zijn tegen hun honden. De hond zit meestal buiten in een ren en hebben leren gehoorzamen .Onze Jasper is ook gehoorzaam maar heeft 2 nare eigenschappen. De wandelingen die wij maken zijn voor hem geen uitje maar we gaan op zoek naar voedsel En aangezien de baasjes daar niets van terechtbrengen zorgt hij ervoor dat er wat verzameld wordt.

Levende dieren kan hij niet te pakken krijgen want hij houdt niet van snelheid maken. De tweede minder leuke eigenschap is dat hij dol op de vrouwtjes is. Op de jachtcursus mochten dan ook geen loopse teefjes komen, maar voor Jasper is dat ook niet noodzakelijk. Ze ruiken voor hem weken later of eerder nog lekker.

De cusus begint. We moeten in een cirkel gaan staan. Mooi zitten. Dat kan hij. Dan moeten we rond lopen in de circel. Het gaat mis. Jasper kijkt achterom en ruikt iets lekkers. "Daar is ze, denkt hij". Hij gaat achterstevoren lopen en dat mag niet. Ik moet erbij zeggen dat hij de enige labrador was en dat de andere honden snelle slanke honden waren van een ander ras. Dat andere ras werd gefokt door de cursusleider en die vond een labrador een belediging voor de cursus. Dat zei hij niet, maar dat straalde van zijn gezicht af.
"Doorlopen", geef die labrador een ruk". Nou, dat merkt Jasper niet, die ruk. Ik probeer hem om te draaien en door te laten lopen. Maar het gaat slecht. De cursusleider neemt Jasper over en pakt hem bij de jachtriem en geeft een stevige ruk. Gevolg was dat de man zijn rugspier verrekt en Jasper nog vrolijk kwispelt naar het teefje achter hem. Uiteindelijk heeft hij toch door dat er hier niet gespeeld wordt en we laten het leuke teefje voor lopen. Gelukkig, we mogen stoppen.



De honden zitten naast het baasje en het echte werk gaat beginnen. Een man met een geweer gaat het bos in. Het baasje en zijn hond staan te wachten. Dan gaat er een schot af en een andere man gooit nu een houten blok met opgelijmde fazantenveren met een sterk luchtje omhoog en de nepfazant valt uit de lucht naar beneden op het pad. Dan mag de hond die aan de beurt is los en je roept "aport". De hond schiet er naar toe en brengt de fazant mooi terug naar zijn baasje.
Een peuleschil voor onze Jasper. We hadden al veel geoefend met aporteren en aangezien het maar een houtenblok was moest hij dat kunnen.
Hij mocht een kwartier toekijken en was helemaal gespannen toen hij eindelijk aan de beurt was.
We stonden klaar. Jasper keek strak vooruit. Het schot viel, de fazant ook en Jasper mocht los. "Aport", riep ik hem nog na.Maar als een pijl uit de boog was hij al weg, greep de nepfazand en ....verween in het bos.


Oei, de cursus leider keek boos. Het was 2 uur werk om zo'n nepfazant te maken en hij hoopte dat de blok hout zijn veren nog had. Ik er achter aan , maar hiervoor waren we naar de cursus gekomen. Uiteindelijk, toen alle veren eraf waren hij hij er achter gekomen was dat het maar hout was, kwam hij terug. De man was 'not amused'. Hier op de foto is de cursusleider.
We mochten het over doen. Er waren gelukkig nog 3 blokken. Nu moest hij aan een lange lijn.
Weer een schot en weer vloog hij er op af, maar deze keer kon ik hem met de lange lijn inhalen.
Dat was het betere werk. Zo zal hij het leren.

Dan gingen we ter afkoeling over tot het overzwemmen van de rivier.Het lekkere lokkertje lag aan de overkant in een struik. Dat had ik ook geoefend met een dummie en daar zou hij hoge ogen mee gooien.
Iedereen was al geweest en de cursusleider vergat ons. De helft van de honden wilden niet over zwemmen en ik vroeg of Jasper nu mocht. "Oh, moet labrador nog", zei hij met minachting.
"Geen zorgen, dit kan hij als de beste. " Daar ging hij. Hij zwom als een otter naar de overkant en ik zag enige bewondering in ieders ogen. "Zoek"...ja ja, hij vond dat gene wat hij moest vinden.
Een zak met zand erin die hij terug moest brengen. Fluitje van een cent....daar kwam hij al. Nog geen 3 minuten onderweg geweest. "Goed zo jongen, kom er maar uit", zei ik vriendelijk en vol trots. Jasper keek naar boven en zag daar aan de kant al die honden staan wachten op hem, de held. Maar hij was niet van plan daar naar boven te gaan zodat ze zijn zakje zand zouden afnemen. Hij keek snel naar links, zwom een stukje en kwam aan wal en verdwijnt weer in het bos. Ik beet op mijn lip en durfde niet meer naar de cursusleider te kijken. De man zei niets, maar nu was Jasper zeker voor altijd uit de gratie.

Uiteindelijk is het zakje heelhuids terug gegeven en doodmoe gingen we weer naar huis.

We zijn nog 3 maal geweest, maar om verdere escalatie te voorkomen is het daar bij gebleven.

Jasper is nu 7 jaar en laat nu de kadavers al enkele jaren liggen. Maar wanneer hij nu een schot hoort van jager, dan kijkt hij altijd even omhoog of er zo'n nepbeest uit de lucht komt vallen.


donderdag 25 maart 2010

Loopse teefjes processie.


Het is weer zover. De loopse teefjes processie is weer begonnen. De processie loopt bij ons voor de deur. Halverwege maart is de tijd voor dit fenomeen. Voor het huis, aan de overkant van de weg is een fietspad en naast het fietspad is een enorme grasstrook van wel 1 Km lang. Daar willen de dorpsgenoten met hun viervoeters graag 2 maal daags langs wandelen.
Omdat ze de ontlasting daar niet hoeven opruimen en omdat de viervoeters er zelf ook graag lopen. Er is heel veel te ruiken en dat is de lievelingsbezigheid van een hond.
Maar twee maal per jaar plegen honden loops te worden. Dat is voor onze reu Jasper een regelrechte kwelling. Hij zit in huis en ruikt door de kier van de voordeur al wie er voorbij komt. Kel en Fanny. De 2 Duitse Staande honden, waar hij dol op is. Dan de 2 Golden Retrievers, die hij nog niet goed kent, maar waar er eentje heerlijk ruikt in die dagen.
En dan nog diverse onregelmatige wandelaars.

Jasper is een bruine Labrador , een stevige reu van 53 Kg. Overdag maakt hij zijn grote dagelijkse wandeling in de polder samen met zijn vrouwtje en de border colley vriendin Sofie. Sofie is gesteriliseerd en ruikt naar niets, vindt Jasper. Maar ze woont in de polder en ze is wel gezellig en ze spelen en knuffelen graag met elkaar. Een dag zonder Sofie is minder, maar 2 dageen wordt toch wel al lang.
Toch is in deze tijd van het jaar het hoogtepunt van de dag om 19.00 uur. Dan gaat zijn baasje met hem een rondje door het dorp maken via een groot stuk van het heerlijke fietspad . Duurt het wat lang voordat het baasje aanstalten maakt , dan blijft hij het baasje doordringend aankijken. Dat werkt altijd. Deze doordringende blik die de hele avond kan duren, maar na 20 min. is het baasje al overstag.

Buiten gekomen probeert hij meteen het spoor op te pakken en dan maakt zijn neus overuren. Die maakt hele vreemde geluiden, alsof er diverse schotten heen en weer klappen. Even stopt het geluid om een hap lucht te nemen en meteen weer verder te klakken.Maar het genante is dat hij over de luchtjes heen plast en dan met volle kracht de aarde uit de grond stampt. Wanneer je achter je kijkt is het hele nette fietspad een grote chaos van grond en gras. Je probeerd het te stoppen, maar dat zal niet lukken. Gelukkig is het al een beetje schemerig en blaast de wind alles weer op zijn plaats.
Zo wordt er door het dorp gevlogen met het baasje erachter aan, Jasper bepaald de route .Er is wel eens twijfel bij een kruispunt, maar na enige paniek besluit hij naar links te gaan. Na 3 stappen kan hij terug komen op zijn besluit en wil dan toch rechtdoor . Het volgende genante is dat zijn bek vol hangt met lange slijmdraden en het lieve en knappe Labradortje ziet er uit als een gevaarlijke en afstotend wild dier.
Bij de plaatselijke supermarkt wonen 2 grote honden in hun tuin. Iedereen die er in de avond langs loopt kan opeens verrast worden door een enorme aanval tegen het onzichtbare gaas dat gepaard gaat met een hevig en gevaarlijk gegrom achter de coniferen. Je ziet ze niet, maar voor het gevoel staan ze zo voor je. Jasper loopt de rest van het jaar in stilte er voorbij, maar in deze tijd van de loopse teven wilt hij zich laten gelden. De honden storten zich weer onverwacht tegen het hekwerk waar de niets vermoedende wandelaar met zijn lieve hondje net voorbij wilt gaan. Maar deze keer haalt Jasper diep adem en neemt een aanloopje richting conifeer en laat een enorm diep en hard gegrom horen. Het klinkt zo overweldigend gemeen, dat de Rotweiler en zijn maatje meteen stoppen met hun geluid en verschrikt door de coniferen kijken wie dat deed. Jasper liep de rest van het pad met opgeheven kop langs die tuin waar de verschrikte wakers zich niet meer lieten horen. De hele week heerste er complete stilte achter de haag. Dit weer tot teleurstelling van Jasper die nu zachte piepjes laat horen wanneer hij er weer loopt in de hoop dat de concurentie het nog eens wilt proberen.

Dan komt het keerpunt van de wandeling. De weg leidt nu opeens naar huis, merkt hij. Dat wilt hij niet en hij staat op zijn rem. Trekken helpt niet want dan gaat hij liggen. 53 Kg krijg je niet meer verschoven. Het is dan een strijdt van de langste adem. Baasje wint uiteindelijk, maar dat komt omdat Jasper hierna wilt slapen. Speuren is een heel vermoeiende bezigheid voor een hond. Thuis gekomen stort Jasper direct achter de voordeur neer op de koude tegelvloer en het baasje sleept zich nog net tot de bank in de woonkamer.
Morgen gaan ze weer.